Telling broedvogels weer van start
Per half februari zijn 16 vrijwilligers van de broedvogel-telgroep Dwingelderveld weer van start gegaan. Deze telling vindt nu al tientallen jaren plaats en levert een schat aan informatie op.
Elke vrijwilliger loopt tussen feb t/m juli ongeveer 7 keer ’s ochtends vroeg in zijn of haar telgebied (plot); de ogen goed open, de verrekijker in de aanslag en de oren gespitst.
Alle vogelwaarnemingen worden genoteerd, van een zingende lijster tot een broedende specht. Dit vergt veel geduld en concentratie. De kennis en ervaring die sommige tellers is de loop der jaren opbouwen is indrukwekkend.
Analyse
De waarnemingen worden doorgegeven aan vereniging van vogeltellers en -onderzoekers Sovon Zij halen dubbele tellingen eruit en bepalen welke waarnemingen worden meegenomen in het eindrapport. Dat vraagt om een uitgebreide analyse. Uiteindelijk verschijnt in het najaar een monitoringsrapport wat duidelijk maakt welke en hoeveel broedvogels hun vaste stek hadden in het Dwingelderveld.
Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer gebruiken de uitkomsten van de tellingen om te bepalen of het ‘goed zit’ met het beheer in het gebied. En tevens als basis voor nieuwe beheermaatregelen. Want uiteindelijk zijn deze organisaties wettelijk verantwoordelijk voor het behoud van een aantal specifieke (vogel)soorten. Voor het Dwingelderveld zijn dat bijvoorbeeld kraanvogel, gauwe klauwier, draaihals en zomertortel.
Hoe gaat het met de zomertortel?
Boswachter ecologie Lars Kampjes van Natuurmonumenten zuid-Drenthe is elk jaar extra benieuwd naar de resultaten van deze soorten. ‘De Grauwe klauwier doet het de laatste jaren heel goed bij ons, ik wil graag weten of dat zo blijft’ aldus Lars. ‘En de Zomertortel neemt landelijk gezien af, maar komt hier nog in redelijke aantallen voor. Dat willen we graag zo houden!’.

Grauwe Klauwier

Zomertortel