Inhalen op de N34? Alleen als het mag én veilig kan!


Inhalen is op verschillende delen van de N34 verboden. Dat is te zien aan de doorgetrokken witte streep aan weerszijden van de groene middenstreep. Als de witte strepen onderbroken zijn, mag u inhalen als de situatie veilig is. De politie controleert de komende tijd extra op veilig inhalen op de N34. Cees Bos, verkeerssurveillant bij politie Noord-Nederland, vertelt waarom dat nodig is en legt uit welke risico’s je neemt als je je niet aan de regels houdt.

Doorgetrokken witte streep

‘‘Daar waar de weg of het overige verkeer onoverzichtelijk is, is inhalen verboden. Dat is natuurlijk bij bochten het geval, maar ook bij parkeerplaatsen of viaducten is het soms niet mogelijk om het verkeer helemaal te overzien. Hierdoor kan het zijn dat het ook op een recht stuk toch te gevaarlijk is om in te halen, en er daarom een doorgetrokken witte streep ligt’’, vertelt Bos. Wat is het gevaar van inhalen daar precies? ‘‘De kans dat er een tegenligger is die je niet gezien had, is aanzienlijk. De tegenligger komt met 100 kilometer per uur op je af en je hebt zelf ook een hoge snelheid. Ongevallen van gevaarlijke inhaalmanoeuvres op autowegen zijn daardoor vaak heel ernstig. Een frontale botsing is met zo’n snelheid vaak fataal. Er is goed nagedacht over waar je wel en niet mag inhalen, dus als ergens een doorgetrokken witte streep ligt, weet je zeker dat inhalen daar niet op een veilige manier kan.’’

Onderbroken witte streep

Op delen van de N34 ligt een onderbroken witte streep. Dat bekent dat inhalen daar is toegestaan mits de situatie veilig is. Bos vertelt: ‘‘Toch zie ik dagelijks dat mensen inhalen terwijl het op dat moment helemaal niet veilig is. Wat je vooral goed moet doen als bestuurder, is ver vooruit kijken. Zie je in de verte een auto in de berm? Of nader je een parkeerplaats? Dan kan het zijn dat er auto’s onverwachts de weg op draaien en is het dus niet veilig om in te halen. Veel mensen houden daar geen rekening mee.’’ Een andere fout die Bos vaak ziet, is dat bestuurders te dicht achter hun voorganger gaan rijden. Hij legt uit: ‘‘Als je goed zicht wilt hebben op je tegenliggers, heeft het geen zin om dicht achter je voorganger te rijden. Je ziet juist meer als je wat meer afstand neemt. Daarnaast heeft afstand houden nog een ander voordeel: als je naar links gaat om in te halen en je ziet - eenmaal op de linker weghelft - dat er toch een auto aankomt, heb je nog ruimte om weer terug te gaan naar je eigen weghelft. Als je dicht achter je voorligger reed, heb je die ruimte niet, omdat je dan al bijna naast je voorligger rijdt als je de tegenligger ziet.’’

Belangrijkste is dus: genoeg afstand houden, heel goed (ver vooruit) kijken en alleen inhalen als je 100% zeker weet dat er geen tegenligger aankomt. ‘‘En ook heel belangrijk’’, besluit Bos, ‘‘houd je aandacht op de weg. Inhalen terwijl je ondertussen op je telefoon of navigatiesysteem kijkt is echt levensgevaarlijk.’’