Drents-Friese Wold


Aan weerszijden van de grens tussen Drenthe en Fryslân ligt het Drents-Friese Wold, het grootste bosgebied van Nederland na de Veluwe. Het vormt een afwisselend geheel met stuifzanden, heidevelden, vennen, bossen en beken. Het gebied bevat het grootste stuifzand van Noord-Nederland, het Aekingerzand. Het vormt het enige leefgebied in Nederland buiten de duinen voor een zeldzame vogelsoort: de tapuit.

Bos, zowel naald- als loofbos, neemt de grootste oppervlakte in. De meeste bossen zijn tijdens de ontginning op heide en stuifzand aangelegd. De oude dennenbossen in Berkeheuvel en Dieverzand vallen op door de vele kraaiheide op de bosbodem. De loofbossen langs de essen van Wapse en Diever zijn eeuwenoud. De bossen zijn van groot belang van zeldzame en beschermde vogelsoorten die vooral in omvangrijke bossen voorkomen zoals zwarte specht en wespendief. Aan de zuidwestzijde ligt een 1.000 hectare groot heidegebied, het Doldersummer- en Wapserveld, waar karakteristieke heidesoorten zoals klokjesgentiaan en heidekartelblad voorkomen. Dwars door het gebied stromen twee beken, de Tilgrup en de Vledder Aa. Beide beken zijn recent in natuurlijke staat hersteld. In het hart van het gebied ligt een omvangrijk graslandgebied, de Oude Willem, van belang voor aangewezen vogelsoorten zoals roodborsttapuit en paapje.

Aanwijzing

De Rijksoverheid heeft het Drents-Friese Wold in 2000 aangemeld bij de Europese Unie en in 2013 definitief aangewezen als Natura 2000-gebied. In totaal is aangewezen gebied is 7.468 hectare groot. Buiten het kerngebied liggen een aantal andere natuurgebieden die ook bij het Natura 2000-gebied horen. Het gaat om:

  • De Schoapedobbe – een heuvelachtig heidegebied met zandverstuivingen en vennen ("dobben).
  • Het Leggelderveld – een heideveld met natte en droge heide, hoogveen en bossen.
  • Vledderhof – landgoed met gevarieerde bossen, afgewisseld met vennen en kleine graslandjes.

Habitattypen

  • H2310 Stuifzandheiden met struikhei
  • H2320 Binnenlandse kraaiheibegroeiingen
  • H2330 Zandverstuivingen
  • H3110 Zeer zwak gebufferde vennen met o.a. oeverkruid en waterlobelia
  • H3130 Zwak gebufferde vennen
  • H3160 Zure vennen
  • H3260 Beken met waterplanten
  • H4010 Vochtige heide met dopheide
  • H4030 Droge heide
  • H5130 Jeneverbesstruwelen
  • H6230 Heischrale graslanden
  • H7110 Hoogveen
  • H7150 Pioniersvegetaties met snavelbiezen
  • H9190 Oude eikenbossen

Broedvogelsoorten

  • A004 Dodaars
  • A072 Wespendief
  • A233 Draaihals
  • A236 Zwarte specht
  • A246 Boomleeuwerik
  • A275 Paapje
  • A276 Roodborsttapuit
  • A338 Grauwe klauwier
  • A276 Roodborsttapuit
  • A277 Tapuit
  • A338 Grauwe klauwier

Overige soorten

  • H1166 Kamsalamander
  • H1831 Drijvende weegbree

Beheer en inrichting

In het Drents-Friese Wold beheren Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, Het Drentse Landschap, de Maatschappij van Weldadigheid en enkele particulieren de natuur in het gebied. Hoofdmoot is het beheer van de bossen waar het accent ligt op omvorming van de vaak monotone ontginningsbossen naar meer gevarieerde bossen. Door waterwinning en ontwatering voor land- en bosbouw zijn delen van het gebied sterk verdroogd. In het zijn talrijke sloten gedempt, een afwateringskanaal vervangen door een slingerende slenk en zijn venranden vrijgesteld van begroeiing. De schaapskudde van Het Drentse Landschap begraast het Doldersummer- en Wapserveld. Runderen zorgen voor aanvullende begrazing. De beheerders van de stuifzanden van het Aekingerzand en Schaopedobbe hebben ervoor gezorgd dat stuifzand op bescheiden schaal kan stuiven zodat flora en fauna van dit habitattype behouden blijven