Kennisessie 3: aan de slag met gewasbescherming
Het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen is onderdeel van de Drentse praktijkpilot BiodiversiteitsMonitor Akkerbouw. Het is één van de KPI’s uit de monitor en wordt berekend aan de hand van de milieubelastingspunten volgens de milieumeetlat van CLM Onderzoek en Advies.
De bijna veertig deelnemers aan de pilot hebben hun data gedeeld en gingen hier samen dieper op in. Deskundige Peter Leendertse van CLM gaf een technische toelichting op de data en besprak de resultaten van de groep. De punten worden bepaald aan de hand van de belasting op waterleven, bodemleven en grondwater. Waarbij ze ook nog weer worden beïnvloed door onder meer eventuele drift-reducerende maatregelen, dosering en het organisch stofgehalte in de bodem.
Maatregelen zoals rassenkeuze, de teelt van groenbemesters, reductie van drift en natuurlijk de keuze van het middel speelt een belangrijke rol in de uiteindelijke resultaten. Een van de aanwezige telers lichtte dit toe aan de hand van zijn eigen resultaten.
Belangrijk is vooral dat telers tijdig inzicht hebben van de effecten van de inzet van middelen. Idealiter is dit onderdeel van het opstellen van het gewasbeschermingsmiddelenplan. Daarbij is het een uitdaging om in het aanbod van middelen de juiste keuze te maken.