Landschap
Het landschap van het deelgebied rond Hoogeveen bestaat uit het landschapstype veenkoloniën. De hoofdstructuur van het landschap wordt gevormd door de noordzuid lopende bebouwingslinten (tevens ontginningsassen) van Hollandscheveld-Zuideropgaande, Nieuwlande en de weg Hoogeveen-Alteveer. Dwars op deze assen ontspringen ongeveer op elke 150 meter evenwijdig aan elkaar gegraven wijken die een langgerekte oost-west georiënteerde verkavelingsrichting tot gevolg hebben. Slechts op enkele plaatsen loopt de verkaveling in een andere richting. Precies in het midden tussen twee wijken loopt doorgaans een afwateringssloot, evenwijdig aan de wijken. De doordachte structuur levert zowel open, weidse vergezichten als meer besloten landschappen op. De hoofdwegen hebben veelal een dubbele laanbeplanting, die de lengterichting versterken.
De regelmaat van de ontginningstructuur wordt plaatselijk versterkt en op andere plaatsen onderbroken door bossen, bebouwingen en wegennet. De hoogveenbebossingen hebben een breedte van wijk tot wijk of de helft hiervan. Ook veel van de oudere bebouwing en erven beperkten zich tot deze maat. Verschillende wijken zijn, nadat ze hun functie als vaarwater hadden verloren, gedempt en tot weg omgevormd.
In het Hollandsche Veld valt de landschapstructuur vooral op door enkele open enclaves landbouwgrond in het bosgebied, die in hun lengte de ontginningsrichting (oostwest) markeren. Kenmerkend voor het wijkengebied Alterveer-Kerkenveld is het vrij open karakter van het gebeid. Er zijn weinig boerderijen in het centrum aanwezig. Dissonanten in de landschapsstructuur zijn in het wijkengebied de relatief kortgeleden aangelegde noord-zuid verbindingen met hun wegbeplanting. Deze wegen en beplantingen onderbreken de visueel ruimtelijke herkenbaarheid omdat ze dwars op de ontginningsrichting staan, zonder zelf een ontginningsas te vormen.
Ten noordoosten van Hoogeveen liggen de Wijken van Eleveld. De rijke afwisseling van water en bos met de herkenbare verkavelingsstructuur op een relatief bescheiden oppervlakte levert een besloten landschap op.
De Middenraai heeft zijn oorsprong in de veenvelden van Westerbork en takt aan op de Verlengde Hoogeveensche Vaart. De Middenraai is een jonge ontginning uit het begin van de twintigste eeuw in het kader van de werkverschaffing. De kavelomvang is groter dan de kavels uit eerdere ontginningsperioden waardoor het landschap aan weerszijden van de Middenraai open en weids is.
Het Dalerpeel ligt in het zuidoosten van het deelgebied Hoogevener Venen. Waar het veen aan het eind van de vorige eeuwwisseling al flink ontgonnen was. Zowel in de Zaadvenen (Coevorden) als op het Zwindersche Veld (Oosterhesselen) zijn in de loop van de negentiende eeuw wijken gegraven en is er volop turf geproduceerd. Een deel van het ontgonnen gebied werd met bos ingeplant of groeide spontaan met opslag dicht. Beide veengebieden maakten gebruik van de verbindingen door het Hollandsche Veld richting Hoogeveen.
De omstandigheden zorgden ervoor dat aan het begin van de jaren zestig bij Dalerpeel nog een aantal flinke veenrestanten lagen. In 1964 kwam het beroemde Kroonbesluit dat het voortaan verbood om in Nederland woeste grond te ontginnen. Een deel van het turfland van Dalerpeel bleef dan ook onaangeroerd liggen.*
Gebiedsinformatiekaart
Hier vindt u de gebiedsinformatiekaart