Natuurwaarden in het grootschalig landbouwgebied
Karakteristiek voor het agrarisch gebied aan beide zijden van de Drentse Hoofdvaart is het lokaal maar regelmatig voorkomen van Zwanenbloem en Koningsvaren langs wijken en in de taluds van sloten en leidingen. Akkerbroedvogels als Gele kwikstaart, Veldleeuwerik en Kwartel zijn goed vertegenwoordigd en ook de roep van de Patrijs klinkt nog af en toe op uit een graanakker. Geelgors en Grasmus zijn kenmerkende broedvogels van de wegbeplanting. Groepen geelgorzen en andere vinkachtigen benutten de oogstresten in de winter. Akkers in de omgeving van het Fochteloërveen zijn belangrijke foerageergebieden voor overwinterende Toendrarietganzen en Kolganzen.