Archeologische beleefpunten
Plekken waar honderden, soms duizenden, jaren geleden mensen woonden, gebruik maakten van de grond en sporen achterlieten. Deze sporen leren ons hoe er in die tijd geleefd werd. Met deze beleefpunten wil de provincie de belangstelling voor de geschiedenis van Drenthe promoten. Het zijn toegankelijke plekken waar gebruik van gemaakt mag worden. Zo komt het verleden wel heel dichtbij. Archeologe van provincie Drenthe, Priscilla Verplanke, vertelt over haar werk en de vondst in Ruinen: sporen van een 2300 jaar oude boerderij.
Wanneer word je als archeoloog ingeschakeld?
“Zodra je gaat graven in de bodem is het, afhankelijk van de hier aanwezige archeologische waarden en verwachtingen, gebruikelijk dat er archeologisch onderzoek wordt gedaan. Dus ga maar na hoe vaak dit gebeurt!”
“In Ruinen werd er gegraven in verband met de bouw van een nieuwe woonwijk. Het onderzoek verloopt in een aantal stappen. Door middel van een bureauonderzoek wordt gekeken of er een redelijke kans bestaat op archeologische sporen of vondsten. Vervolgens wordt er, als dat nodig is, verkennend onderzoek verricht, meestal in de vorm van boringen of proefsleuven. Afhankelijk van de resultaten hiervan kan vervolgonderzoek nodig zijn, zoals een opgraving."
Dat zoiets ouds na zoveel jaren weer vastgehouden wordt, vind ik heel bijzonder.
Doe je als provinciaal archeoloog zelf het veldwerk?
“Nee, gewoonlijk gebeurt archeologisch onderzoek door een archeologisch bureau die hiervoor gecertificeerd is. De vondsten die de archeologen tijdens het veldonderzoek doen worden vervolgens bewaard in het Noordelijk Archeologisch Depot (NAD) in Nuis. Dit depot houden wij samen met de provincies Groningen en Friesland in stand.”
Welke vondst staat je het meeste bij?
“Alle vondsten hebben iets bijzonders, maar wat me het meeste is bijgebleven is een vondst die ik zelf gedaan heb in Groningen. Tijdens mijn studie in mijn eerste jaar deed ik veldwerk aan de Grote Markt en vond ik een prachtig bewerkt benen kammetje. Dat zoiets ouds na zoveel jaren weer vastgehouden wordt, vind ik heel bijzonder.”
Kun je wat meer vertellen over de vondst in Ruinen?
“Tien jaar geleden is de huisplattegrond in de vorm van verkleuringen in het zand tevoorschijn gekomen. Al het materiaal van de constructie was vergaan, maar uit de plekken in het zand kon een reconstructie van een 2300 jaar oude boerderij gemaakt worden. De verkleuringen zijn in kaart gebracht en gerapporteerd, vervolgens is de bouw van de woningen verder gegaan. Nu hebben we, een klein eindje verderop, palen in de grond gezet die de huisplattegrond verbeelden. Als je door het glazen paneel aan de overkant van de weg kijkt, zie je de volledige boerderij geprojecteerd op de paaltjes. Het is mooi om dit contrast te zien met de moderne tweekappers op de achtergrond. Daarnaast is het een leuke speelplek geworden voor de kinderen uit de buurt. Het is de bedoeling dat iedere gemeente in Drenthe zo’n beleefpunt krijgt. Dit is nummer vijf.” De gemeenten Noordenveld, Aa en Hunze, AssenenBorger-Odoorngingen De Wolden voor, bij de buren in Westerveld wordt momenteel gewerkt aan nummer zes.
Wat is het leukste in jouw werk?
“Het leuke van het archeoloog zijn vind ik, dat je zo dichtbij plekken komt die ooit heel belangrijk voor mensen waren, toen er nog heel anders geleefd werd dan nu. Zodra de plek met de lucht in aanraking komt, wordt het weer zo kwetsbaar terwijl het in de grond duizenden jaren intact is gebleven. Daarnaast vind ik Drenthe de mooiste provincie om als archeoloog in te werken. De bodem is erg gevarieerd. Het is leuk om met je eigen, regionale geschiedenis bezig te zijn en dit te kunnen beschermen en delen met anderen.”