Vaarrecreanten weten veilige Drentse vaarwegen goed te vinden
Iets later dan gebruikelijk is op 1 juni de zomerregeling ingegaan voor de recreatievaart in Drenthe. De coronacrisis hield de sluizen -zonder melding vooraf- iets langer gesloten dan normaal, maar met de zomer voor de boeg kunnen vaarrecreanten weer met volle kracht vooruit. Niet in de laatste plaats dankzij Theo Ringenaldus (foto rechts). Al 40 jaar een vertrouwd gezicht langs de Drentse vaarten en tegenwoordig te vinden in het hoofdgebouw bij sluis Peelo in Assen. “Daarvandaan bedienen we sinds 2016 drie sluizen en negen bruggen in het noordelijke deel van Drenthe”, vertelt voormalig schipper en nog altijd fervent vaarliefhebber Ringenaldus.
Flink balen
Het is altijd even balen als je als automobilist richting een brug komt rijden op het moment dat de lampen op rood gaan, het alarm begint te ringelen en de slagbomen sluiten. “ Dat doen we niet expres”, legt Ringenaldus uit. “We proberen de bruggen en sluizen zo goed en effectief mogelijk te bedienen. Daarbij houden we rekening met het landverkeer dat natuurlijk zo weinig mogelijk hinder moet ondervinden van de openstaande brug.” Toch ontkomen automobilisten er niet aan. Want veel factoren spelen een rol in het bedienen van een brug. Ringenaldus noemt een zwaarbeladen vrachtschip als voorbeeld. Schepen die moeilijk vaart kunnen minderen en zo vlot mogelijk door de Drentse wateren worden geleid. Of de vaarrecreanten die toch door moeten kunnen varen. “Een dichte brug moet niet op een haven vol stilliggende boten gaan lijken.” Toch zijn wachttijden voor de recreatievaart, zeker in de drukke zomermaanden, niet ongebruikelijk en ook onvermijdelijk. "Immers, we kunnen niet elke brug tegelijk bedienen", legt Ringenaldus uit.
Nog snel even de brug over; “Elk vaarseizoen gaat er wel een slagboom verloren”
Veiligheid en gevaar
Wie de rode lampen negeert en denkt snel te moeten doorrijden, riskeert in principe een boete. De rode lampen bij een brug gelden als een rood stoplicht. Ringenaldus: “Niettemin zien we op onze beeldschermen bij sluis Peelo regelmatig verkeersdeelnemers die tóch nog even snel de brug oversteken. Dom, want los van de boete is dit gewoon heel gevaarlijk.” Elk vaarseizoen gaat er wel een slagboom verloren, vertelt Ringenaldus. “En als er dan een ongeluk gebeurd, dan heeft de brugwachter het gedaan. Wat overigens bijna onmogelijk is, want dat laten de strenge veiligheidsprocedures niet toe.”
Volledige controle
In het hoofdgebouw bij sluis Peelo zitten standaard twee sluiswachters om de sluizen en bruggen tussen De Punt en Assen te bedienen. Met camerabeelden op diverse beeldschermen en de mogelijkheid om mee te luisteren op de brug en zelf ook door de luidsprekers te kunnen spreken, is er in de communicatie met vaar- én landverkeer veel mogelijk. “Daarnaast zijn er natuurlijk strenge procedures en protocollen”, aldus Ringenaldus. “Wij kunnen pas de volgende stap in de procedure zetten, als de vorige is genomen. En als er iets fout gaat, of er is een storing, dan stopt de hele bediening. Het is bijzonder veilig.”
Centrale bediening
Die toegenomen veiligheid is terug te leiden naar de beslissing om over te stappen op centrale bediening van de bruggen en sluizen. Sinds 2016 worden de bruggen en sluizen in het noorden van Drenthe bedient vanuit sluis Peelo. Vanuit het Asser hoofdkwartier wordt alles in de gaten gehouden en kan men bij calamiteiten snel schakelen. “Dat is wezenlijk anders dan vroeger”, lacht Ringenaldus die met zijn 40 dienstjaren ook andere tijden heeft gekend. “Vroeger reden we achter de scheepvaart aan. Ja echt, door half -en soms ook heel- Drenthe. Wat dat betreft is dit gemakkelijker. En op mijn leeftijd, want laten we eerlijk zijn, ook best fijn. Toch mis ik die sociale contacten langs de vaarwegen wel hoor, die oude tijd had óók zijn charme.”
Mooi Drenthe is een trekpleister
Terwijl Theo Ringenaldus als vaarliefhebber -en kabeljauwvisser- gepassioneerd vertelt over zijn werk passeren talloze recreanten de sluis in Assen. Telefoontjes worden beantwoord, en verzoeken om de diverse bruggen te openen gehonoreerd. Ringenaldus: “Drenthe is in trek bij vaarrecreanten. Per vaarseizoen trekken hier zeker zo’n 2000 á 2500 boten voorbij. Beroepsvaart, maar hoofdzakelijk recreatievaart.” Een teken dat Drenthe nog altijd in trek is bij vaarrecreanten die graag de Drentse wateren en vaarwegen opzoeken en in de provincie hun vakantie doorbrengen. En dat is dan weer goed nieuws voor de vrijetijdssector die na de coronacrisis de financiële impuls van vakantiegangers goed kan gebruiken.